Edward van de Langemeen is geen boer die gemakkelijk opgeeft. Maar de druk die hij ervaart, is veelzijdig en voelbaar. “Als boer heb je natuurlijk niet alleen maar het doel om geld te verdienen als een ondernemer, maar je passie en je hart ligt ook op een bepaalde plek,” vertelt hij openhartig.
Die passie wordt echter op de proef gesteld. In Stroe, waar zijn bedrijf gevestigd is, heeft de overheid andere plannen. “De druk die ik ervaar is dat de boeren in Stroe plaats moeten maken voor woningbouw en Defensie,” legt Edward uit. Het staat nergens zwart op wit, maar wanneer je alle ontwikkelingen bij elkaar optelt, wordt het beeld volgens hem wel duidelijk.
Het is een verhaal dat vaker gehoord wordt: agrariërs die moeite hebben om aan grond te komen, die continue tegen nieuwe wetgeving aanlopen, waarbij telkens het gesprek gaat over vergunningen die ingeleverd moeten worden.
De zoektocht naar alternatieven
Gedwongen door omstandigheden, maar gedreven door een ondernemersgeest die niet opgeeft, verkent Edward nieuwe mogelijkheden. Dit jaar verbouwt hij voor het eerst tarwe voor vezelteelt. “Doordat je nu gedwongen wordt voor een rustgewas, heb ik hier nu wel voor gekozen. Met name omdat het door biobased isoleren en carbon credits wat meer kan opbrengen.”
Het is niet zijn eerste voorkeur. Edward’s boerenhart klopt sneller bij de teelt van maïs en voederbieten. “Maar als er minder boeren en vee komt, dan gaat de vraag achteruit en is het niet meer lonend,” erkent hij realistisch.
Leren en groeien
Vezelteelt is nieuw terrein voor Edward. Hij geeft eerlijk toe dat hij er nog in moet groeien. Via de gemeente kwam hij in contact met Arne Eindhoven, die hem wegwijs maakte in miscanthus en tarwe voor vezeltoepassingen. “Ik probeer veel op internet erover te lezen, maar de meeste kennis komt via de Marktmeester (Arne).”
Voor tarwe blijkt de teelt zelf niet zo ingewikkeld. “Je moet tarwe zaaien die geschikt is voor je grondsoort, maar verder zijn er geen specifieke eisen. Alles is hetzelfde, maar natuurlijk moet het wel goede kwaliteit stro zijn.”
Dit eerste jaar verliep niet perfect. “Gewasbescherming was ik te laat mee en dus niet helemaal goed gegaan,” vertelt Edward eerlijk. “Maar verder is het wel hele mooie tarwe en voor op zandgrond goed. Het moet dit jaar wel een goede en normale opbrengst worden.”
Structurele uitdagingen
Naast de directe overstap naar vezelteelt worstelt Edward met bredere beleidsmaatregelen die zijn bedrijfsvoering beïnvloeden. De fosfaatregelgeving speelt hem bijvoorbeeld parten. “Sinds de jaren 90 heeft de overheid dit stilletjes toch voor elkaar gekregen door elk jaar de norm langzaam te laten teruggaan. Nu zitten we onder de norm van wat ze toen wilden.”
De gevolgen zijn merkbaar. “De grond wordt steeds schraler en je ziet gewoon dat de grond om meststoffen schreeuwt. Doordat planten dan minder goed groeien en gezond zijn, kunnen ze ook slechter tegen droogte omdat ze minder goed wortelen.” Edward moet kunstmest laten aanvoeren om te compenseren, wat extra kosten met zich meebrengt. “Terwijl we allemaal wel weten dat dierlijke mest het beste is en uitspoeling met deze lage normen niet meer aan de orde is.”
Voorzichtig optimistisch
Ondanks alle uitdagingen kijkt Edward niet somber naar de toekomst. Hij denkt dat het landschap de komende decennia flink zal veranderen. “Doordat er nu veel naar duurzaamheid gekeken wordt en er verschillende initiatieven uit de grond komen denk ik dat het landschap volgebouwd gaat worden met duurzaamheidsteelten zoals tarwe, miscanthus, waar ook carbon credits voor verkregen kunnen worden.”
Voor vezelteelt zelf is hij voorzichtig optimistisch. “Op dit moment zijn de vleesprijzen hoog, hiermee is de vezelteelt voor mij niet rendabel als volledige vervanger. Maar als dit op gang gaat komen, dan kan het wel eens heel aantrekkelijk worden.”
Advies voor collega’s
Voor andere boeren die ook overwegen te experimenteren met vezelteelt heeft Edward praktisch advies: “Je moet beginnen met onderzoeken voor jezelf of het bij je past en welke opbrengsten je ermee denkt binnen te gaan halen ten opzichte van wat je nu doet. En of er anderen bij je in de buurt zitten die je kunnen en willen helpen.”
Hij benadrukt dat het een heel andere tak van sport kan worden, met andere investeringen en andere manier van boeren. “Maar misschien dat het juist een mooie combi kan zijn om je risico’s te verspreiden.”
Stabiliteit als voorwaarde
Voor Edward is duidelijk wat er moet gebeuren om vezelteelt echt aantrekkelijk te maken: “Dat de winst natuurlijk rendabel is en je er je brood mee kunt verdienen. Wat ik ook belangrijk vind is dat het een stabiele markt wordt voor een lange periode.” Investeringen doe je alleen als je er genoeg vertrouwen in hebt, benadrukt hij. “Dat ga je niet doen voor een keertje omdat het je leuk lijkt.”
Hoe ziet de toekomst eruit?
“30 jaar verder kijken is heel lastig,” geeft hij toe. “Want alles kan natuurlijk ook zo in een keer omslaan als de oorlog doorslaat en voedsel weer op nummer 1 komt.” Maar voorlopig zet hij vol in op het verkennen van nieuwe mogelijkheden, met beide voeten op de grond én boerenverstand.


